Opa's tekeningen 1945-1950

Zie ook: opa als tekenaar (algemeen)

Zoals ik al eerder stelde: Jul's rol bij RKSP/KVP en  RKWV/KAB wordt na de oorlog niet meer zo groot als vóór de oorlog. Maar hij ging er wel weer bij aan de slag.

Herstel


Louis Beumer, na de oorlog de nieuwe hoofdredacteur van Herstel schrijft hem eind juni 1945 deze brief met weer een opdracht.

Beumer trad in de jaren twintig als propagandaleider in dienst bij de katholieke arbeidersgeweging. Hij is mede-bedenker van het comité 'Naar de Nieuwe Gemeenschap', die in reactie op alle onzekerheid in de samenleving in 1938 "een massale en geconcentreerde actie" startte van alle katholieke organisaties. Nadat de verbondswerkzaamheden in de oorlog zijn verboden werkt hij bij de kruideniersketen Vivo.

Opvallend, vind ik, gezien de grote rol die opa tot en met 1941 heeft gehad in Herstel, schrijft Beumer in de brief slechts "zeker zal ik van tijd tot tijd weer eens een beroep op U doen, aangezien ik Uw illustratieve medewerking op prijs stel." (Deze brief stuurde opa trouwens terug.)

Men was echter niet altijd tevreden met de bijdragen van opa: zie deze brief uit september 1945. Het vakbondsbestuur noemde de volgende tekening "nogal demagogisch" (klik erop voor een vergroting):


Beumer voegde in de brief ook wat kritiek toe op de onderstaande tekening. De hand was de kassier was "m.i. een tikje mislukt":


In de archieven vond ik ook een kritische brief uit juni 1946 (of deze brief ook echt is verstuurd, waag ik te betwijfelen, gezien de verkeerde naam en het verkeerde adres).

Met regelmaat verschijnen er in deze periode (1945-1950) tekeningen van opa in Herstel.

Eind 1945 krijgt Herstel voor het eerst een colofon:


Zie ook de speciale pagina: Opa's tekeningen in periodieken

De Opmarsch/De Opmars

(NB. deze kop van De Opmars is van 4 mei 1946 en niet 1945)

Het propagandablad van de RKSP, de Opmarsch, keert na de oorlog weer terug. En ook opa is daarin weer te vinden.

In het derde nummer na de bevrijding, op 8 november, verschijnt er voor het eerst weer een tekening in De Opmarsch. En die is van opa:


Eind december 1945 besluit de partij om de naam RKSP te veranderen in KVP (Katholieke Volkspartij). En tegelijk verandert ook de naam van het propagandablad. De Opmars heet hij nu, zonder 'ch'.

Het eerste nummer onder de nieuwe naam verschijnt twee weken later. Net zoals dit vaak gebeurde in de periode 1935-1940, komt opa weer met de vernieuwing mee. In z'n eentje tekent hij het hele nummer vol. Ik tel achttien tekeningen.


Opa's tekeningen blijven met regelmaat verschijnen in De Opmars...tot en met 4 mei 1946. Dit blijkt zijn laatste tekening te zijn voor de KVP:


Het is gissen waarom dit zo ineens stopt (helaas geven de archieven van de KVP geen uitsluitsel).

Sint Eloy


In het tweewekelijks verschijnende blad Sint Eloy, van de gelijknamige katholieke metaalbewerkersbond, gaat opa weer aan de slag.

In het tweede nummer na de bevrijding, in juli 1945, staan weer tekeningen van hem. Eéntje daarvan is deze:


Vanaf dit nummer is hij aanwezig in elke editie, met meerdere tekeningen.

De Mijnwerker


In 1946 verschijnt sporadisch een tekeningetje van Jul. in De Mijnwerker, het blad van de Nederlandse Katholieke Mijnwerkersbond (NKMB), waarvan de redactie is gevestigd in Heerlen.

Drie jaar later, in augustus 1949, is hij gaat het blad op de schop; en - zoals dat voor de oorlog vaak gebeurde - opa kwam met de vernieuwing mee. Hij wordt de huistekenaar van het blad.


Voorrang


Opa heeft vanaf 1949 ook af en toe getekend in 'Voorrang', het weekblad van de RK Bond van Spoor- en Trampersoneel, St. Raphaël.

Een voorbeeld van een 'Voorrang' met zijn bijdragen (klik erop voor een vergroting):


Receptieboek
Opa maakte in augustus 1945 het 'receptieboek' bij de eerste mis die zijn neef Harrie als priester leidde, in de St. Antoniuskerk in augustus van dat jaar (zie ook: opa's neven en nichten). Daarin konden de aanwezigen hun handtekening zetten.

Op de eerste handtekeningen-pagina heeft opa een tekening gemaakt van Harrie (pater Jeroen). Klik op de afbeelding voor een vergroting:



Op elke bladzijde stond een tekeningetje van opa, zoals deze:


Opa zette zijn eigen handtekening op een waarschijnlijk voor dit speciale doel gemaakte pagina (klik op de afbeelding voor een vergroting):


Kanunnik van Schaikfonds
De Katholieke Arbeidersbond (die toen nog Werkliedenverbond heette) stichtte in 1934 het Kanunnik van Schaikfonds, dat de priesterstudie bereikbaar moest maken voor arbeiderskinderen.

In 1946 heeft het fonds een logo, gemaakt door opa:

(In de afbeelding stopt een kind een muntstuk in een buis; geld dat voor het fonds is.)

Het lijkt qua stijl wat op de geboortekaartjes, die hij later in veelvoud zal maken voor zijn kleinkinderen.

Van Vonk tot Vlam
In april 1947 verschijnt in een oplage van 750 stuks een 'Gedenkboek' ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van drukkerij Lumax in Utrecht. De titel is 'Van vonk tot vlam'.


Een van de vier tekenaars is "den bekenden illustrator Jules Terlingen". Hij wordt genoemd als een van de "artisten die voorheen reeds vele malen het Lumax-drukwerk verlucht hebben".

Op deze prachtige tekening heeft hij - in stijl met de tekening - zijn signatuur aangepast (klik voor een vergroting):

Affiche
Voor verschillende bonden binnen de Katholieke Arbeiders Beweging (KAB), zoals de RKWV sinds 1945 heette, maakte opa affiches.

Ze zijn helaas niet goed te dateren. De drukker was steevast Lumax (klik op de afbeelding voor een vergroting):

Jul. Terlingen


Meer vreugde!
Ook voor de Arbeidersbeweging, maar dan gericht op de jongeren van de K.A.J, is de brochure Meer Vreugde! die opa in 1947 (?) illustreert.

De voorkant:

In het boekje staan mooie, gedateerde praatjes, zoals "Een onkuise, een oneerlijke, luie kerel is meestal 'een stuk chagrijn'; een optimist, dat is een vent met blijdschap in zijn ogen, een kerel die wat durft en meestal een knaap met een gezonde body en een gezonde eetlust."


Bondswerk
In 1949 verschijnt een meerjaren-verslag van de katholieke metaalbewerkersbond dat de periode 1937-1946 omspant. De "verluchtigingen" zijn dit keer van opa. Het verslag heet Bondswerk.

Het is een dikke pil (496 pagina's, in een gebonden en ongebonden versie), die wordt "aangeboden aan de leden, bestuurders van de afdelingen en vertrouwensmannen."

Twee afbeeldingen daaruit (klik erop voor vergrotingen):




In deze Bondswerk komen veel tekeningen voor die eerder al in het blad Sint Eloy verschenen.

Opa wordt de vaste illustrator van dit meerjaren-verslag. Kort na zijn eerste Bondswerk verschijnt deel 1947-1948, met dezelfde opzet. Twee tekeningen daaruit:

(een verdwenen beroep: schrijfmachine-monteur)


Communiekaartje
In mei 1950 doet Jul's jongste zoon Jeroen zijn 'eerste heilige communie'. Opa maakte de tekening: